Uit het Indisch Militair Tijdschrift, 1 november 1939:
“Dit monument, opgericht voor de voormalige kazerne van het XIII Bataljon Infanterie te Soerabaja (thans hoofdcommissariaat van politie), is ter herinnering aan de Bali-expeditie van 1868 gewijd. Het werd geschonken door de officieren en manschappen van Land- en Zeemacht en het Civiel Bestuur en kwam, in tegenstelling met vele andere monumenten, reeds korte tijd na de expeditie, namelijk op 4 september 1869, tot stand.
Het gedenkteken is van metaal vervaardigd. De vier zijden dragen op de hoekpunten een spits, terwijl zich boven het midden eveneens een in gothische stijl opgetrokken, doch grotere, spits bevindt. Het geheel rust op een marmeren voetstuk. De vier zijvlakken dragen versieringen, welke deels Oosterse motieven vertonen en voor een deel duiden op de bedoeling, dat het monument in het bijzonder de gestorvenen is gewijd.
Op de zijvlakken zijn de volgende opschriften aangebracht:
Oostzijde
‘De Officieren
en Manschappen
der Land- en zeemagt
en het Civiel Bestuur
ter nagedachtenis
van de gesneuvelden
en aan wonden
overledenen
gedurende
de expeditie tegen
Bali’
Noordzijde
‘September
October
November
1868’
Westzijde
‘Gesneuvelden en aan wonden overleden.
1e Luitenants.
J.C.B. Stegman, J. De Nijs.
Sergeanten.
M.J.H. Thijs, A.C. de Bruin.
Korpl. A.J. de Bruin.
Fuseliers.
W.T. van staveren, G. Erb.
W. van Striemen, C. Cools.
P.Lencaher, J. Koen.
H.J. Anias, H.J. Evers.
W.H.A. Behr, L. De Ros.
W.K. Bakker, A. Renzen.
P. van Harlingen.
Majong, Pitjoe.
Kertosomo.
Zeemagt.
Korpl. B. Esselink.
Matroos J. Thomas.’
Zuidzijde
‘Bem-Tjarik
Bandar di Atas
Bandjar di Bawa
Bali Angit.’
De op de zuidzijde voorkomende namen duiden aan waar de gevechten zijn geleverd.”

De laatste vermelding van het monument vinden we in de lokale pers op 4 september 1941. Het Soerabaijasch Handelsblad berichtte:
“Traditiegetrouw werden hedenmorgen, 4 September, kransen gelegd aan de voet van het Bali-monument op het Paradeplein hier ter stede. Het was een korte plechtigheid, waarbij op goede militaire wijze hulde werd gebracht aan de nagedachtenis van gevallen kameraden. (…)
Kolonel P.H.T. van der Steen gaf een overzicht van de gebeurtenissen, welke in de 19de eeuw aan de oprichting van het monument voorafgingen:
In 1841 ging de Nederlands-Indische regering er toe over om Bali aan zich te binden door het aangaan van tractaten met de verschillende vorsten. Reeds aanstonds gaf dit aanleiding tot wrijving met de vorsten, die niet van het z.g. kliprecht afstand wilden doen. Er werd tot een strafexpeditie besloten, de eerste in 1846. In 1848 moest een tweede strafexpeditie worden georganlseerd. Deze expeditie was minder succesvol en ln 1849 werd een 3de expeditie uitgerust. Deze moeilijke expeditie had een langdurig verloop, waarbij de bevelhebber, generaal Michielsen, sneuvelde. Tenslotte werd de verhouding met de vorsten geregeld.
Na 1884 verzamelde Ida Madi Rahi een partij om zich heen en wist op Bali geleidelijk zijn aanhang uit te breiden, waarop hij langzamerhand tot daden van openlijke ongehoorzaamheid overging. In September 1868 was de toestand zodanig, dat weer moest worden ingegrepen. Op 15 September werd voor de 4de maal een Nederlandse krijgsmacht op de rede van Boeleleng verenigd. Het uiteindelijke resultaat van deze expeditie werd bereikt bij de laatste aanval op Bandar op 24 oktober. Velen hebben echter bij deze krijgstocht het leven gelaten. Hun namen staan vermeld op de westzijde van het Bali-monument. Hun offer is niet vergeefs geweest, want nog steeds ondervinden land en volk van Bali de zegeningen van een geregeld en humaan bestuur.
‘En nu we hier verenigd staan om onze gevallenen te eren’, besloot kolonel van der Steen zijn rede, ‘staan zij ons als een lichtend voorbeeld voor ogen: want in deze tijden, nu het moederland is overweldigd en door de vijand bezet, is het goed ons voor ogen te stellen, dat ook wij geroepen kunnen worden hetzelfde offer te brengen voor volk, vorstin en vaderland. Wij hopen, dat het ons dan gegeven zal zijn onze plicht te vervullen, zoals zij, die wij op dit ogenblik willen herdenken.’”
x
Bronnen
Indisch Militair Tijdschrift, 1 november 1939
Soerabaijasch Handelsblad, 4 september 1941
x
