Op 24 november 1924 werd met de H-NACC, een Fokker F-VII-vliegtuig, de eerste intercontinentale vlucht van Schiphol naar Batavia volbracht.

De bemanning bestond uit KLM-piloot Jan Thomassen à Thuessink van der Hoop (vaak kortweg “Van der Hoop” genoemd), luitenant-vlieger Hendrik van Weerden Poelman en werktuigkundige Pieter van den Broeke.

Op 1 oktober 1924 steeg de H-NACC op van Schiphol, op weg naar Praag voor de eerste tussenstop. Behalve de drie bemanningsleden waren enkel postzakken aan boord.
Na twee dagen ging het boven Bulgarije al mis: door een scheur in de extra radiator stroomde het koelwater weg en raakte de motor oververhit. De bemanning moest een noodlanding maken op een grasveldje in de buurt van de stad Plovdiv. Bij het uitrollen raakte de machine een oneffenheid in het terrein waardoor de rechter wielpoot afbrak. Het onderstel kon worden gerepareerd, maar de motor was onherstelbaar beschadigd en moest worden vervangen. Hier was echter geen geld voor.
Na een snelle inzameling onder lezers van het blad Het Leven werd er een nieuwe motor naar Bulgarije gebracht, en daar onder primitieve omstandigheden in het toestel gezet. Op 2 november koos de Fokker F VII weer het luchtruim, twee dagen voor in het gebied sneeuwstormen losbraken die vertrek onmogelijk zouden hebben gemaakt.

Ruim twee weken later meldden de media: “De 17de Maart zijn de heren Van der Hoop c.s. te Medan aangekomen. De zelfde avond hield de heer Van der Hoop een lezing in de Witte Sociëteit aldaar. Daarna bood het vliegcomité de vliegers een luisterrijk feestmaal aan.” Op 24 november arriveerde het toestel in Batavia. 

Enkele dagen ná de eerste aankomst in Medan werd hier op het raceterrein (de landingsbaan van het vliegtuig) een gedenkteken geplaatst:

“Zaterdag 21 Maart heeft de gouverneur van Sumatra’s Oostkust een gedenkteken onthuld op de plaats, waar de Fokkermachine voor de eerste maal op Indische bodem geland is. Het monument heeft een plaats gekregen op het voorplein, voor de grote tribune, zodat het van den straatweg, welke langs het raceterrein loopt, goed zichtbaar is. Groots en indrukwekkend is het monument niet, zegt de Deli Courant, maar het voldoet toch ten volle aan het beoogde doel, een merkteken te zijn, dat er aan zal herinneren hoe daar het eerste Hollandse vliegtuig op weg naar Indië voor het eerst op Indische bodem kwam. Het rotsachtige voetstuk ziet er massief uit, een kegelvormige punt rijst er uit op, welke een aardbol draagt en daarop staat de koperen vliegmachine. Dat is een getrouwe nabootsing van de F VII, ontworpen en uitgevoerd door den heer J. H. Hemmers, werktuigkundige bij de Deli Mij.; het monument zelf is ontworpen door de heer W. J. Fröger, opzichter bij gemeentewerken. De kleuren, vooral die van de rots zijn nog wat nieuw, waardoor de indruk enigszins slap is, maar dat zal de derde medewerker wel verhelpen, dat is de Tijd. Als het monument er wat verweerder uitziet en ook het koper goed ingeschoten is zal het een krachtiger impressie wekken. Bijzonder goed getroffen is de stand van de vliegmachine, alsof, die zo de lucht in zal gaan, zo’n ‘gang’ zit er in de lijnen. De machine is geplaatst in de richting waarin het vliegtuig hier landde, waardoor de kop gericht is naar de toekomstige vlieghaven aan de andere zijde van de verkeersweg, langs de racebaan gelegen. Ook tegen het tribunegebouw van het raceterrein, als achtergrond, voldoet het monument zeer goed. Bij de onthullingsplechtigheid werd een oorkonde, vervat in een loden koker, in het voetstuk gemetseld ; verder had de overdracht plaats aan de Deli Mij, welke de zorg er van heeft op zich genomen. Het monument staat n.l. buiten het gebied der gemeente Medan op een terrein door de Deli Mij. voor de racebaan in gebruik gegeven.”

Volgens enkele na-oorlogse krantenberichten werd het monument tijdens de oorlogsjaren zwaar beschadigd. In 1948 kreeg het, opgeknapt, een nieuwe locatie: voor het KLM-gebouw. Wat nadien van het monument is geworden, is ons niet bekend.

x

Bronnen
https://www.wikiwand.com/nl/Eerste_vlucht_naar_Nederlands-Indi%C3%AB
Provinciale Overijsselsche en Zwolsche Courant, 14 april 1925
Nieuwe Rotterdamsche Courant, 14 april 1925
Nieuwsblad voor Sumatra, 26 oktober 1948
De Nieuwsgier, 20 november 1948